Burg.Nieuwenhuizenstraat
1
Vanaf de Dorpsstraat de rechterstraatzijde
Op deze pagina o.a.: vrachtwagentje van
F.1500,-...hannes den
heiboer...dirk
moest heel erg ...rusmollese gastarbeider...zangertjes van de kattenbosch...drie
spoorwegmannen...
1963. Een helaas kwalitatief slechte foto van het
toenmalige kermisterrein met rechts het begin van de Burgemeester Nieuwenhuizenstraat. Links achter de twee
hoge bomen stond de villa van Otto Lutki, die inmiddels is afgebroken voor
de nieuwbouw van De Kentering. In het dubbele woonhuisje in het midden
woonden na de oorlog o.a. Marie van den Wassenberg en visboer Verzantvoort
bijgenaamd 'd'n Bobby'.
In het woonhuis op de hoek zaten overigens ook twee
gezinnen. Aan de voorzijde Jan en Toos Voets-van Hoof en aan de achterzijde
familie van Dorus van der Els. Dorus was de veldwachter van Rusmolle.
De Burgemeester Nieuwenhuizenstraat
was net na de oorlog nog maar een klein straatje met een kleine vijftien
huizen en heette toen Kattenboschstraat, in de volksmond "de Kattenbosch".
In de jaren veertig slechts verhard tot tot het boerderijtje waar later Toon van Creij
zijn kippenslachterij in begon. Eind veertiger jaren bouwde de gemeente net
voorbij dat boerderijtje een stuk of tien losstaande en "twee onder onder
één kap" woningen en
verhardde de weg verder tot (nu) de kruising met de
Verlengde van Meeuwenstraat waar Electro Verhallen zit.
Daar splitste de straat zich in een viertal (zand)weggetjes. Links was de
Nonnenpad die uitkwam bij bèkker Grèd
de Werd. Rechtdoor liep een zandpèdje
naar de boerderij van Heintje Hanegraaf in de Krommenhoek en schuin naar
rechts kon je via 'n onverhard wegske verder naar het
Sprokkelbosch. Rechtsaf ging er een half verhard karrenspoor de spoorlijn over naar de Maliskamp.
De Burg. Nieuwenhuizenstraat
begon van oorsprong op het "evenementen-terrein". Dit was een onverhard
veldje op de hoek met de Dorpsstraat. Hier werd tientallen jaren de kermis
gehouden, zette rondreizende circussen hun tenten, stond de wekelijkse
toddenjood om todden, mollenvèllen of oud ìjzer op te kopen. Ook werden Rusmolles evenementen gehouden. Wel aardig om te weten is dat tot
ongeveer 1920 de Rusmollese kermis in de Schoolstraat werd gehouden (toen
heette het daar nog Kerkenhoek). Deze stond tussen het Bont Pèrdje en de bakkerij van
Toontje Pennings,
Een klein gedeelte van De Kentering en het naastgelegen kantorencomplex
staan op het voormalige kermisveldje aan de Dorpsstraat. Aan de andere zijde
van pleintje lagen de weilanden van Sjaak Westerlaken en staan nu de ING bank en het Wit Gele
Kruisgebouw. Toen Ad en Thera van den Elzen-Kappen in 1953 trouwde hebben
zij aan het begin van de Burg. Nieuwenhuizenstraat een huis gebouwd. Dit is
inmiddels afgebroken om plaats te maken voor appartementencomplex Christinastaete.
Voor dat Ad met Thera trouwde overkwam hem een verschrikkelijk ongeval. Op 14 december 1951 zat hij
als dienstplichtig militair in het wachtlokaal van de Kolonel Palmkazerne in Bussum achter zijn bureau. Toen de wachtpost die aan de poort stond even op
de klok wilde kijken om te zien hoe laat het was ging per ongeluk zijn met scherpe
munitie geladen geweer af. De kogel ging door het glas van een raam en trof
Ad vol in het gezicht. Na 5 jaar militair hospitaal met vele operaties
én met heel
veel steun van zijn verloofde Thera, heeft hij het leven weer opgepakt.
Het volgende huis, nu van Mientje van den Broek, is door mijn broer Piet in
1968 gebouwd. Onze Piet is getrouwd met Nel Aarts en was gemeentebode en marktmeester. Voor de bouw
van dit huis moest eerst het
noodgebouw van de Amro Bank worden afgebroken dat op die plek stond. De
bank verhuisde naar de Dorpsstraat.
Frans en An van Uden-van der
Biezen
Vervolgens drie
vrijstaande woningen, begin vijftiger jaren gebouwd.
Het eerste
door Mies en Joke van Uden. Mies was stratenmaker.
Het tweede door Frans van Uden, zoon van aannemer van Uden uit de Krommenhoek. Hij was getrouwd met An
van der Biezen (foto).
Thans woont daar hun dochter Marijke met haar man Frans Vos.
De derde woning is gezet door Ton van Son en Tineke Korsten. Ton
en Tineke woonden voordien in een houten keet in de Raadhuisstraat net
achter het oude gemeentehuis. (Op de plaats van deze keet hebben mijn ouders in 1956
hun nieuwe woning laten bouwen).
Na deze "nieuwbouwhuizen" uit de vijftiger en
zestiger jaren staan er enkele vooroorlogse huizen. Allereerst een huis dat tot begin vijftiger jaren het eerste huis aan die
zijde van de Burg.Nieuwenhuizenstraat was. Daar woonde voor de oorlog Dirk de Mottige met
zijn vrouw Mieke. Hun echte namen ken
ik niet. Voordat Dirk en Mieke in dit pandje kwamen hadden ze in de Dorpsstraat een levensmiddelen-winkeltje dat zij in
1912 aan Janus van Gerven hebben over gedaan. Nadat Dirk overleed trouwde Mieke met Jan Gloudemans,
op z'n Rusmolle Jèntje Jopkes.
Mieke de
Mottige tutte zichzelf altijd overdadig op.
In Rusmolle zeiden de minsen:
" 's zondags
mi goud behange en dur de week mi zilver opgesierd"!
Nadat Jan en Mieke kwamen te overlijden is dit huis overgenomen door
Piet van Rosmalen en Jans van Rooy. Piet had een goed lopend stratenmakersbedrijf.
Piet heette op z'n Rusmolles Piet de Weuw. Deze
bijnaam kwam
in Rusmolle vaker voor bij families die van Rosmalen heette en is afgeleid
van "weduwe". Omdat ooit een van de voorvaderen van Rosmalen vroegtijdig
overleed en diens weduwe met een aantal kinderen achter bleef zeiden ze in Rusmolle
"dè
't kèinder van de weuw" waren.
De huizen van Marinus Kerkhof (l) en Piet
(de Weuw) van Rosmalen.
Naast de familie van Rosmalen kreeg je het
huis en bedrijfsgebouw van Expediteur Marinus Kerkhof. Marinus, geboren op de
Kruisstraat, ging na zijn huwelijk met Jans Maas uit Nuland in Luyksgestel
wonen als chauffeur in dienst van aannemersbedrijf L.v.Drunen. Daar
werd hun eerste kind Antoon geboren.
In 1928 keerden ze naar Rusmolle terug in het
pandje naast het café van Hermes van Drunen in de Dorpsstraat (na de oorlog woonde daar o.a. de weduwe Heijmans
met haar zoon Toontje Stèrk). Hier werd
hun tweeling Jo en Mien geboren. Marinus vervoerde alles wat maar
mogelijk was. Begin 1930 kocht hij voor 1500 gulden een vrachtwagentje. In
die tijd een
knots van een kapitaal en een groot risico vanwege de
crisistijd. Maar hij investeerde goed, pakte van alles aan en zijn bedrijf groeide voortvarend.
1936. Marinus Kerkhof met zijn eerste vrachtwagen in de toenmalige Kattenboschstraat.
Op de
achtergrond het huis van Has Clement en
uiterst rechts is nog net het dak van het boerderijtje van Toon d'n Booi te
zien waar later de kippenslachter van Toon van Kreij in kwam.
Het jonge echtpaar Kerkhof met in het
matrozen- Marinus en Jans Kerkhof
b.g.v. hun
pakje Antoon en op schoot de tweeling Jo l. en Mien r.
50 jarig huwelijk.
In
1935 verhuisde het gezin Kerkhof vanaf de Dorpsstraat naar de
Kattenboschstraat waar voor hun door aannemer Driek Schippers een huis was
gebouwd. Er kwamen nog 5 kinderen bij zodat er totaal 8 kinderen waren.
Tijdens de oorlog moest Marinus zijn vrachtwagen inleveren. Hij kreeg wel
een 'tegoedbon'. Na de oorlog heeft hij hem zwaar gehavend in Schoonhoven
teruggevonden en kon er niet meer zoveel mee.
Hij kocht een Amerikaanse legertruck van het merk GMC en ging weer aan de
slag. Zijn vervoersbedrijf groeide uit tot 3 vrachtwagens en al zijn zoons
hebben bij hem in de zaak gewerkt. Het was een bijzonder stel handige kerels
die alle vrachtwagens thuis onderhielden en repareerden. Meestal buiten. Ze hebben het zelfs
gepresteerd om in een winter een GMC helemaal uit elkaar te halen om er
later weer een lopende vrachtauto van te maken. Het bedrijf is in 1980 gestopt. Zoon Jo
kocht een een eigen
vrachtwagen waarmee hij voor zichzelf is gaan werken
Jo
Kerkhof met zijn nieuwe bedrijfsauto.
Net voorbij Marinus Kerkhof is eind vijftiger jaren een groot woonhuis gebouwd door Huub Pennings.
Huub was er ene uit de bouwfamilie Pennings. Hij was getrouwd met
Marietje Kusters uit de Krommenhoek.
Naast Pennings stond
een oud huis dat begin negentiger jaren
is afgebroken om plaats te maken voor nieuwbouw. In dat oude huis woonde tot
in de tweede helft van de
dertiger jaren Jan en Drika van Roosmalen. Jan hiette op z'n Rusmolles
Jan Mejas.
Hoe Jan aan
zijn bijnaam 'Mejas' kwam is niet helemaal duidelijk. Volgens Nel van Gaalen,
kleindochter van Jan, zeiden sommigen dat deze naam ontstond toen
Jan, zoals bijna alle van Roosmalens ook 'keijenlegger',
aan het werk was en de panden van zijn lange jas mee onder de keien had
gewerkt. Toen hij opstond trok hij een aantal gelegde keien weer van de
grond. Zijn maten hielden hem hiermee lange tijd voor de gek door regelmatig "help munne jas" te roepen. Dit verbasterde tot de bijnaam "Mejas". Al zou het
niet waar zou zijn toch een mooie mogelijkheid.
Een schitterende foto t.g.v. het 50jr. huwelijk van
Jan en Drika van Roosmalen in de dertiger jaren.
Staande vlnr.:Toon Verstegen, Jan Pas, Otto Lutki, Frans van Kemmeren, Jan
Plas, Toon van Lokven, Theo van de Rijdt. De prent is gemaakt voor het
boerderijtje van overbuurman
Toon d'n Booi (van Rosmalen). Rond 1950 is Toon van Kreij hier een
kippenhandel én kippenslachterij in begonnen.
De hele familie van Roosmalen (Mejas) bij gelegenheid van het 50jr. huwelijk
van Drika en Jan.
Achterste rij vlnr: Em van Creij, Anna van Creij-van Roosmalen, Tinus van
Roosmalen met zijn dochtertje Mien, van Roosmalen-Dielissen, Jo Marisael.
Voorlaatste rij: Bert van Roosmalen, Jaantje van Roosmalen-Verstegen, Frans
Verhagen, Kaat Verhagen-van Roosmalen, Hendrikus Schel, Pietje Schel-van
Roosmalen, Frans Marisael, Drika Marisael-van Roosmalen, Janske Savelkous-van
Roosmalen, Jan Savelkous (Meties).
Zittend: Dochter van Em van Creij, Jèntje
van Creij, Jan van Roosmalen, Drika van Roosmalen-Voets,
Pietje van Creij, Henk Marisael. De 5 bruidjes zijn kleindochters: Uiterst
links is Sjaan van Roosmalen de latere vrouw van Jo
van Zonsbeek, rechts met gekruiste benen is Corrie Marisael. Wie kent de anderen?
Achter het huis van Jan van Roosmalen
stond een klein aanbouwtje waar Hannes Verhoeven inwoonde, die in Rusmolle Hannes d'n Heiboer werd genoemd.
Hannes kwam oorspronkelijk uit de Maliskampse hei, was vrijgezel en werkte bij de gemeente als
"stratenverzorger", op z'n Rusmolles strôtvééger".
Het was een wat eenzame man waar je niet makkelijk binnenkwam.
De Rusmollese bakker
Dirk d'n Bies bracht er elke dag brood. Ook als Hannes thuis was moest hij
dat in een zak aan de klink van de voordeur hangen. Dirk pochte dat het hem wel
zou lukken om binnen te komen. Op een keer toen hij het brood weer aan de
klink had gehangen klopte hij aan en Hannes vroeg van achter de dichte deur
wat hij moest. Dirk riep dat hij héél
erg moest, al
zei hij op z'n Rusmolles dèttie moest
pissen, anders had Hannes niet begrepen wat hij
wilde. Hannes riep terug "ik heb gin WC", Dirk kwam er niet in en ging af!
Meestal was Hannes in het zwart gekleed. Zwart pètje,
zwart pèkske, en bij
hem z'n onafscheidelijk zwart hondje.
Zaterdags
ging hij in 't durp z'n boodschappen doen. Als boodschappentas gebruikte hij
een rode
dichtgeknoopte zakdoek. Op de terugweg naar huis ging hij bij Dorus Heijmans, zijn stamkroeg,
altijd een paar borreltjes drinken welke hij 'op de lat' liet schrijven. Als zijn schuld was opgelopen tot twee gulden
rekende hij er ene af. De andere liet hij staan en had zodoende bij de kastelein een rentevrije lening
van één gulden. Hannes woonde zijn
laatste jaren bij de nonnen in het van Meeuwengesticht en is in 1942
overleden.
Toen Rusmolle een klein
stukje van het jaar Zandhazendurp werd is Hannes tot carnavalsymbool
gekozen. Later werd Hanneke zijn carnavalsvrouw. Alleen heeft Hanneke
in het echt
nooit bestaan.
Na het overlijden van Jan en Drika is hun zoon Bert in het huis
blijven wonen. Hij was getrouwd met Jaantje Verstegen, een zuster van Jan Verstegen van het schildersbedrijf
uit de Dorpsstraat. (Jaantje was huishoudster geweest bij burgemeester
Wolters die op villa Vreeburg woonde.) Zij hadden één dochter.
Bert was
evenals zijn vader stratenmaker.
Bert van Roosmalen Tinus en Truike van Roosmalen
Ook diens broer Tinus was stratenmaker en
woonde in het volgende huis in
de straat. Tinus was getrouwd met Truike Dielissen. Truike woonde tot haar huwelijk bij haar ouders op de Hinthamse dijk.
Tinus was één
van de oprichters van postduivenvereniging "De Zwaluw" en is zijn hele leven
bij deze vereniging actief geweest.
Naast duivenmelker was hij een fanatiek visser. Bepakt en beladen met
visspullen en in een dikke jas gehuld reed hij op zijn onafscheidelijke solex naar z'n
visstekjes. Zij kregen drie kinderen Nel, Mien en Jan. Jan is al
meer
als veertig jaar terreinknecht bij OJC. Het oude huisje is omstreeks
1975 afgebroken om plaats te maken voor een nieuwe woning voor hun
dochter Nel.
(foto)
Voorheen woonden Tinus en Truike in de Striensestraat in het
driewoningen blokje naast Leonard van Grinsven en daarna, tot in de oorlog, in het
huis aan de toenmalige Nonnenpad, nu hoek Deken van Roessellaan en Verlengde
van Meeuwen-straat dat in 2004 is afgebroken om plaats te maken voor een
appartementencomplex.
Voorbij de Mejassen was tot eind veertiger
jaren een groot open onbebouwd stuk. De gemeente bouwde hier in 1948/49 een aantal twee
onder een kap woningen. De volgende families kwamen in die tijd als eerste
in deze huizen:
In het eerste huis van de eerste blok net naast Tinus Mejas kwam Bertus Vissers,
bijgenaamd "de Vis".
Bertus en zijn vrouw Anna Verhagen waren allebei "op de hei" geboren. Bertus in de Nulandse en Anna de Maliskampse. Zij hadden 4 zonen en
dochter Riek. Riek was getrouwd met Bert van Pinxsteren en woont er nu nog. De familie
Vissers woonde daarvóór twee jaar
tegenover dit huis in het boerderijtje waar Toon van Kreij later zijn
kippenslachterij begon. Dit boerderijtje was bijna onbewoonbaar omdat het
in de jaren dat de Vis er woonde zeer veel oorlogsschade had. Zo zaten er
b.v. geen ruiten in de ramen en grote gaten in het dak.
Bertus werkte bij Jan Heijmans en was een van de eersten die door zijn
werkgever werd uitgezonden naar Turkije om daar een vliegveld te
helpen aanleggen. Hij was toen een Nederlandse gastarbeider in Turkije.
In het tweede huis woonde familie Kramer.
Om precies te zijn Fidelius en Nel Kramer- Glaudemans. Nel was een zuster
van kapper Henk Glaudemans "de Saar" uit de Dorpsstraat.
Fidelius was automonteur.
Nel Kramer organiseerde van alles voor
de jeugd in de buurt en werd door hen heel deftig Mevrouw Kramer genoemd. Zij
richtte o.a. het kinderkoor "De zangertjes van de Kattenbosch"
op, dat overigens alleen uit meisjes bestond, en optredens verzorgde bij bijzondere
gebeurtenissen in de straat. Zoals in 1949 toen Jo Westerlaken als militair
vanuit Nederlands Indie in de Kattenboschstraat terugkeerde.
1949 "De zangertjes van de Kattenbosch": vlnr:
Zus Kerkhof-Diny Vos-Anneke van Lokven-Annie Meurs-???-Joke van Lokven-Annemieke Kramer-Ria Kerkhof-Diny Hendriks-Ineke
Kramer-Annie van Kreij-
Mw. Nel Kramer. (Het jongetje rechts van Nel is Jan van An Blom).
Na de familie Kramer werd het huis lange tijd bewoond door Grèdje
en Anneke Verhallen. Gredje zat bij Gemeentewerken. Hij zorgde voor het
openbaar groen, hield straten en
pleinen bij en strooide in de winter, met
de schop vanaf een open vrachtwagen, zand over de gladde wegen. Hij
was een van de gemeentewerkers die altijd werd geïmiteerd in de beroemde
revue's van "Levensvreugd" (zie elders op deze site). Anneke had haar handen
vol aan haar gezin. Zij had met haar Grèdje
maar liefst elf dochters.
In de volgende tweekapper woonde in het eerste huis Frans van Vugt en Maria
van Amelsfoort, die uit de Korte Venstraat kwamen. Frans was 'ambtenaar ter secretarie van de gemeente'.
In de vijftiger jaren verhuide de familie van Vught naar de Dorpsstraat. Tien Pennings (d'n
Dekker), die getrouwd was met Anneke Pennings kwam in het huis van van Vught. Tien was
kraanmachinist.
Naast Pennings woonde eerst Harrie Westerlaken die gehuwd was met Gerda van
der Einden uit Dommelen. Zijn ouderlijk huis stond
iets verder op. Ook hij werkte, net als zijn bijna buurman Frans van Vught, op het gemeentesecretarie
en was loco gemeente secretaris. Harrie zat vele jaren
als penningmeester in het bestuur van OJC. De familie Westerlaken woonde
daar maar kort. Toen die
verhuisde kwam de familie Kuenen in dit huis. Deze familie kwam na de oorlog
vanuit
Nederlands Indie naar Nederland .
Dan staat er een
tweekapper waar Harrie van Eerd en zijn vrouw Mien van Herpen meteen na hun trouwen
in kwamen. Harrie was in de jaren vijftig een van de stervoetballers van
OJC.
In het andere gedeelte woonde Theo Derksen. Theo was gemeentesecretaris en de derde ambtenaar
die in de
Kattenboschstraat een woning kreeg toegewezen. Deze toewijzingen kwamen door een
wet waarin was bepaald dat een zeker percentage van nieuw te bouwen huizen voor ambtenaren
bestemd was.
De familie Derksen bouwde rond 1955 een nieuw huis in de Weidestraat.
Broer en Sjaan van Balkum Langens kregen dit huis. Broer die eigenlijk Ad
heette was een zoon van Haske en Drika van Balkum uit de Raadhuisstraat. Sjaan
was een dochter van Driek en Mina Langens. Na hun trouwen woonden zij enkele
jaren in een van de
twee kleine huisjes op "het Heuveltje" aan het begin van de Nieuwendijk.
Naast deze tweekapper lag
de opslagplaats voor bouwmaterialen van aannemer Toon Hendriks. Toon woonde aan
de overkant van de straat recht tegenover de ingang van zijn bouwwerf. In de
zestiger jaren verdween de werf en bouwde Willem Rovers hier een huis. Willem en zijn vrouw Marie van den
Bergh woonde
daarvoor aan de
Nonnenpad in hetzelfde huis als Tinus en Truike van Roosmalen (Mejas).
Vervolgens staat er een huis dat in 1950 gezet is door Toon Heijmans. Toon, geboren op de
Grind als zoon van Klaas Heijmans, was getrouwd met Marie van Has van der
Heijden en 45 jaar werkzaam bij Jan Heijmans waar hij als uitvoerder
afscheid heeft genomen.
Samen met Bertus de Vis heeft hij een tijdje voor Heijmans in Turkije
gewerkt bij het aanleggen van een vliegveld. Voordat
Toon en Marie hier kwamen woonden zij op de Hondsberg in het oude huisje van
Janus van Balkum.
Hun dochter Cor, die helaas veel te jong is overleden,
was op dezelfde dag geboren als ik. Ons moeder had 's morgens geassisteerd
bij de geboorte van Cor, daarna hielp zij Albert Kersten (zoon van Leo
Kersten) op de wereld en 's middags beviel ze van mij en mijn
tweelingbroer. Dat waren nog eens tijden!
Naast Toon Heijmans een huis dat bijna een kopie is van het huis van
vrachtrijder Marinus Kerkhof elders in deze straat en ook in 1935 door Driek Schippers
gebouwd is.
Hier woonde Toon en Hanneke Westerlaken-Schel.
Hanneke was een zuster van smid en caféhouder
Jan Schel in de Dorpsstraat.
Toon werd in Rusmolle Toon Wijnante genoemd en was wachter van de spoorwegovergang
bij Kaatje van de Wijst aan het
begin van de Tweeberg. Zijn "werkplaats" was een klein vierkant
gebouwtje dat vlak naast de spoorlijn stond. Daarin moest hij de
spoorwegbomen neer laten als er een trein in aantocht was. Later werd deze
overweg vanuit het oude station
in de Stationstraat "bediend". Zijn vrouw Hanneke was spoorwachteres op de wachtpost in het Sprokkelbosch.
Toen Hanneke er mee stopte nam
Jan 'Meties' Savelkous die wachtpost van haar over. (Jan was de laatste de
overwegwachter van deze Sprokkelbossche overweg).
In het gezin Westerlaken waren drie jongens. Eén van die drie,Wim, is in 1939 in Brazilie
priester is gewijd en heeft daar tot 1946 als missionaris gewerkt. In verband met zijn gezondheid
keerde hij terug naar
Nederland.
Van 1951 tot 1955 ging hij nog even terug naar Brazilie terug
gegaan om
daarna definitief naar Nederland te komen. Na in een aantal parochies
pastoor te zijn geweest, heeft hij zijn laatste jaren in Rusmolle gewoond en
is in 1996 overleden.
Zoon Harrie was loco gemeentesecretaris en zoon Jo heeft
als militair in 1948 in Nederlands Indie gediend.
Er waren ook drie
dochters in het gezin Westerlaken. Mien, Anneke en Til. Til is het klooster
in gegaan en Anneke is met
haar man Grèdje van der Donk
in het ouderlijk huis blijven wonen.
Pastoor Wim van der Westerlaken
De Burg.Nieuwenhuizenstraat in 1955. Toen woonde
daar achtereenvolgens vlnr.: Weduwe Heijmans -Kees van Herpen en Hanneke
Steenbergen-Toon en Hanneke Westerlaken-Toon en Marie Heijmans. Het huis van
Willem Rovers staat er nog niet. In de eerste woning van de tweekapper woonde Theo Derksen
en in de tweede Harrie van Eerd met Mien van Herpen.
Het laatste huis aan die zijde van de
straat, tot 1951 tenminste, lieten Kees van Herpen en Hanneke Steenbergen
in 1930 bouwen.
Voordien zaten ze in de Dorpsstraat in het pandje waar later Jo Coppens een
cafetaria had en waar hun buren Marinus en Jans Kerkhof waren. Kees en
Hanneke kregen 4 kinderen, 3
dochters Mien, Annie en Barbara en zoon Antoon.
Kees werkte net als zijn
buurman
Toon Westerlaken bij het spoor.
Ook hij draaide de spoorwegbomen dicht maar dan vanaf het Rusmollese
stationneke. De Nederlandse Spoorwegen waren inmiddels wat gemoder-niseerd en
hadden de overwegbomen van zowel de spoorovergang bij de Tweeberg als die
van de Burg. Wolterstraat middels kettingen met het oude station verbonden
en zo konden beide overwegen voortaan van daar
uit gesloten worden.
Kees was ook
schouwer van de spoorrails wat inhield dat hij een aantal kilometers rails
regelmatig moest controleren.
Het gezin van Herpen in hun tuin op een foto
die is gemaakt door een Canadeese militair aan het einde van de oorlog.
Vlnr. Achter: Antoon, pa Kees en ma Hanneke. Voor: Annie, Barbara en Mien.
Rechts een schoolfoto waarop Barbara (zij noemde zich later Bets) en Annie.
In het gezin van Herpen waren drie
dochters en een zoon. De
meisjes bleven alle drie kort bij het ouderlijk nest in de buurt.
Mien trouwde met Harrie van Eerd en woonde zoals eerder vermeld elders in de straat.
Annie werkte bij de gemeente en trouwde met Jan Noppen. Jan was jarenlang tamboer-maître bij
de harmonie. Zijn vader Willem Noppen was lange tijd wethouder in Rusmolle .
De appel viel niet ver van de boom want Jan trad in de politieke voetsporen van zijn vader en was eveneens
gemeenteraadslid en wethouder.
Jan en Annie woonde in de eerste gemeente woning die in
1953 net voorbij het ouderlijk huis werden gebouwd. Barbara, die naar haar
grootmoeder Barbara van der Doelen was genoemd en zich
later Bets noemde trouwde met Wim van Bussel uit Balkum. Zij trok bij haar ouders in.
Zoon Antoon tenslotte huwde met Jeanette Manders
uit Echt in Limburg en werkte bij Bankier van Lanschot in Den Bosch
Hanneke van Herpen in haar achtertuin.
Kees van Herpen vóór het café van
Piet van Lier
Aanvankelijk wilde Kees
van Herpen zijn huis in 1930 als enkele
woning bouwen maar het werd toch een dubbel woonhuis. In het linkse deel
kwam zijn
schoonmoeder weduwe Barbara Steen-bergen met haar drie dochters Mieke, Jans en Mina. Hannes
van der Doelen, een broer van Barbara trok bij zijn zuster in.
Toen grootmoeder Barbara overleed waren haar
dochters Jans en Mina al getrouwd. Hannes verhuisde naar het rechtergedeelte
en kwam bij Kees van Herpen in huis. Mieke ging in het schuurtje
wonen dat tussen het huis van van Herpen en Westerlaken in stond.
Mieke, of zoals ieder haar kende Mie, heeft daar tot begin vijftiger
jaren gewoond.
Mie Steenbergen
In het vrijgekomen gedeelte van
de tweekapper kwamen Tinus en Jaantje Heymans-van Lokven. Jaantje was een
zuster van bloemist Marinus van Lokven die elders in de straat woonde. Tinus was de derde op
rij in de straat die bij de Nederlandse Spoorwegen werkte. Hij kwam op 10 april 1945 bij een
granaatinslag om het leven. Bij diezelfde ontploffing sneuvelden ook zijn
overbuurman Driek
van de Wielen en diens vijfjarig zoontje Herman.
Wat een verschrikkelijk drama was dat toen in de Kattenboschstraat. (zie
hiervoor pagina Rusmollese minsen op deze site)
De weduwe Heymans huwde enkele keren opnieuw en vertrok in 1960 naar
elders.
Mien van Herpen met haar man Harrie van Eerd waren er als de kippen
bij en verhuisde naar het huis van Heijmans.
Zij
begonnen daar een taxibedrijf. Het
bedrijf groeide snel en naast de taxi's kwamen er ook een paar bussen voor
vakantiereizen en een zelfs een autorijschool. De lessen hiervoor werden in het begin
hoofdzakelijk door Mien gegeven. Hun zoon Jos heeft in de zeventiger jaren het bedrijf overgenomen.
Na het dubbel woonhuis was tot 1952 geen
bebouwing alleen weiland. Dat veranderde toen de gemeente daar een aantal
"twee onder een kap woningen" bouwde. Drie in de oorspronkelijke Kattenboschstraat en twee, om de hoek in de (nu) Deken van Roessellaan.
Hier volgen de namen van diegene die er in 1953 zijn komen wonen in volgorde
vanaf, de Koningstraat :
1e blok: Jan Noppen en Annie van Herpen--Jo Westerlaken en Greet Neijnens.
2e blok: Driek Heijmans en Tina Voets--Dorus Kerkhof en Betje van den Bosch
3e blok: Rien van der Els en Toos van Pinksteren--Niek van Rooy en Marie
Hoedemakers
In blok 4 staat schuin op de hoek met de Deken van Roessellaan: Chris van de Wielen en Sjaan Beekveld--Thé
van den Heuvel en Annie Witlox
Dan de twee woonblokken die nu in de Deken van Roessellaan staan.
5e blok: Jo van Liempd en Mientje van de Ven--Has van der Doelen en Marietje
Spierings
6e blok: Jo Clement en Marie Voets--Koos van Schijnel en Riet van
Pinksteren.
Het enige echtpaar dat er van het begin nog woont is Chris en Sjaan
van de Wielen. Ook de weduwe van Rien van den Els, Toos van Pinksteren,
heeft er tot haar dood in 2011 gewoond.
naar boven
Voor beschrijving van de linkerkant
van de straat zie
pagina: Burg. Nieuwenhuizenstraat 2.
|